Ik mis mijn moeder zo bij het moeder worden

Ze huilt elke keer als ze denkt aan de zin die haar dochter op een dag zal uitspreken: ‘Maar waar is mijn oma?’ Zes jaar geleden overleed haar moeder, heel plotseling. Dat was ontzettend heftig.  Bracht veel verdriet en boosheid over de oneerlijkheid ervan met zich mee. En onmacht over het niets meer kunnen doen omdat het al te laat is. Niet alleen voor haar, maar ook voor haar vader en broer. Ze waren een heel hecht gezin en hadden zich nooit bedacht dat dit zou kunnen gebeuren.

Het koste haar moeite ‘gewoon’ door te gaan met leven. Ze had zichzelf al lang volwassen gevoeld, maar nu was ze dat echt. Werk, uitgaan, sociale contacten. Er leek iets wezenlijk veranderd. Toch gingen die dingen door en langzaam werden ze weer een soort van normaal, heel geleidelijk eigenlijk. Bijna ongemerkt.

Natuurlijk moest ze vaak aan haar moeder denken. Ze haalden herinneringen op als ze in haar ouderlijk huis op bezoek kwam. Ze keek foto’s. Ze merkte het op bijzondere dagen, waar ze haar moeder extra mistte. Als ze ‘haar’ muziek ergens hoorde of iets at waar haar moeder altijd dol op was. En soms overviel het haar ook gewoon zomaar, schijnbaar zonder aanleiding.

En toen werd ze zwanger. Het was een grote wens van haar en haar man en ze hadden er even op moeten wachten, maar toen was het zo ver! Toen ze de test in handen had huilde ze; omdat ze blij was dat het zo ver was, maar ook omdat ze het haar moeder niet kon vertellen. Bitterzoet.

Ze werd misselijk. Zo misselijk dat ze nog maar weinig kon. En hoe vervelend dat ook was, het gaf ook rust. Want ze moest alle zeilen bijzetten om te kunnen functioneren. Richtte zich op haar fysiek. Gezond eten, naar buiten elke dag, en voldoende rusten.  Werk moest toch gedaan worden, haar baas rekende op haar. Er moest toch gekookt, boodschappen gedaan, een huishouden moest draaien. Haar man nam wel dingen over maar werkte veel. Hij zou minder gaan werken als hun dochter er straks zou zijn.

Het was voorjaar toen ze minder misselijk werd en haar buik prachtig tot zijn recht kwam in de jurkjes die ze droeg. Ze ging veel naar buiten, naar zee, op het terras met vriendinnen. Ze genoot van het getrappel en het weer. Ze zocht zorgvuldig spulletjes uit voor het zoete kamertje. Waste en streek alle kleertjes. Zorgde dat alles van de uitzetlijst in huis had voor het zo ver was.

Ze had zoveel om handen, dat zou haar wel afleiden toch? Ze bleef telkens denken aan wat haar moeder had genoten van deze tijd. Welke dingen ze samen hadden gedaan. Hoe ze net als zij had uitgekeken naar het ontmoeten van het kleine meisje in haar buik.

De geboorte ging volgens het boekje. Het verliep vlot en op de manier waarop ze gehoopt had: in het ziekenhuis maar zonder te veel poespas en mensen. Haar man was er bij en onder de indruk van haar power. Het was niet gemakkelijk maar ze voelde zich ZO krachtig. En toen was ze daar. Verbaasd staarde ze naar het kleine naakte lijfje en de bewegingen die ze maakte. Haar dochter!

Ze mocht al gauw naar huis, en terwijl ze naar binnen liep zag ze de slingers die haar vader en broer als verrassing hadden opgehangen. ‘WELKOM!’ En daar brak ze. Bijna zakte ze door haar benen. De afwezigheid werd opeens zo duidelijk. Ze huilde en merkte dat ze maar moeilijk op adem kwam. Als ze straks maar in bed lag zou het wel weer gaan. De hormonen. De bevalling die geweest was. Het had tijd nodig.

Haar man hielp haar in bed. Bracht haar iets te drinken. Was druk met het verzorgen van de twee vrouwen in huis. Haar dochter begon te pruttelen. Die zou wel honger hebben. Hij legde haar bij haar moeder neer. En ze probeerde haar dochter aan te leggen. Wat onrustig bewoog het meisje met haar gezichtje, het lukte niet zo goed. Steeds harder huilend, steeds wilder bewegend. Zacht aaide ze over haar dochters wang en bewoog haar de goede kant op. Dikke tranen liepen over haar wangen. Hoe moest dit?! Waarom hapte ze nou niet?! Waarom was haar moeder er nu niet?!

Vanaf dat moment kwam deze gedachte telkens terug. Het willen delen van hoe prachtig haar dochter was. Het willen vragen van allerlei dingen. Het krijgen van een knuffel of een opbeurend verhaal. Telkens kwam in alles haar moeder terug. Het verdriet overviel haar enorm. Ze moest nu toch genieten van haar dochter?! Dit waren vast de kraamtranen, dat werd straks wel beter.

Haar man deed alles om het haar naar haar zin te maken. Maar dat was niet gemakkelijk, hij voelde zich te kort schieten. De borstvoeding kon hij niet overnemen. De emoties ook niet. Hij luisterde aandachtig naar de kraamzorg en oefende zodat hij wist hoe alles moest. Hij liet maar beperkt bezoek komen, alleen de directe familie en haar beste vriendin. Wiegde uren met zijn dochter door de kamer, terwijl zijn vrouw boven sliep. Kon hij haar, haar moeder maar geven…

Na twee maanden nam ze contact op. Dit gemis was zo groot, de tranen bleven komen. Hier moest ze iets mee. Ze was inmiddels wat gewend aan haar dochter. Zij en haar man hadden min of meer een evenwicht te pakken. Maar dat ene zinnetje… “Waar is mijn oma?” Dat zou op een dag komen en dat hield haar zo bezig.

Ik heb veel ouders en vooral moeders gesproken die een ouder verloren zijn tijdens of voor de zwangerschap. Het gemis komt vaak meer in beeld tijdens de zwangerschap of wanneer de baby er eenmaal is. Vaders worden intens gemist. En vaak brengt het ook een bepaalde angst met zich mee om zelf vroeg te sterven.

Toch is het zonder moeder een beetje anders. Vaak is dit de persoon waarnaar met name een vrouw, zich als eerste wendt. Sowieso, maar helemaal rondom een zwangerschap, geboorte of het ouderschap. Met vragen, zorgen, angsten. ‘Hoe deed jij dat’, ‘Was ik ook zo?’, ‘Is dit normaal?’enzovoort. En ook gewoon het er ‘zijn’. Moeder of vader worden is een ingrijpende, misschien wel de meest ingrijpende, gebeurtenis in je leven. En zonder vader of moeder, nog meer. Het is helemaal oké als jij daar allerlei nieuwe gedachten en gevoelens over hebt. Maar alleen hoeft het nu ook weer niet.

We zijn beginnen dan bijvoorbeeld met het praten over je moeder/vader. Over wat ze hadden gewild, gehoopt, gedroomd, gedacht. En over jouw gevoel. Eigenlijk was ben je naast ontzettend verdrietig ook heel boos. ‘Geen idee op wie maar woest ben ik!’ Over dat je dit niet samen kan meemaken. Over dat je je moeder/vader nooit zal leren kennen en andersom. Het feit dat je er geen invloed op hebt, je er niets aan kan doen irriteert misschien enorm.

Wij kunnen natuurlijk ook niks aan dit gegeven veranderen, maar wel aan de manier waarop je er naar kijkt. Daarom denken we samen uit waar je wél invloed op hebt. Wat je wél aan je kind mee kunt geven over je moeder of vader. Wat je kunt zeggen als die vraag op een dag zou komt. En hoe je symbolisch wel een boodschap aan je moeder/vader kunt geven. Daarbij maakten we gebruik van woorden maar ook van beeld.

Is dit een lang proces? Nee. Mist je je moeder/vader nog? Ja. Denkt je vaak aan haar/hem? Ja. Is het dan minder beladen? Ja.

Sinds ze meer inziet dat wat ze voelt en denkt echt normaal is. En sinds ze weet wat ze hiermee wél kan. Want de heftigheid van de emoties en gedachten, in combinatie met het gebrek aan invloed erop nekte haar. Daarbij de hormonen en de gebroken nachten, dat was gewoon te veel. De tijd deed een deel, en samen deden wij de rest.

Saskia Zeldenrust

Oudercoach Ikverwacht