Een andere weg nemen

Als mij als kind gevraagd werd wat ik later wilde worden gaf ik uiteenlopende antwoorden maar het was altijd een combinatie van factoren. Ik wilde altijd twee of drie banen tegelijk hebben (kinderboeken schrijven, fotograferen, schoonheidspecialiste, ‘mensen helpen’) en had ik ook duidelijke ideeën over andere zaken. Zo wilde ik geen auto maar een motor omdat dat beter zou zijn voor het milieu en alleen een partner als die het goed vond dat ik al deze dingen deed. Inmiddels rij ik al zo’n 20 jaar auto, maar heb wel een man die staat voor mijn idealen. En ik doe inderdaad nog steeds verschillende dingen, zowel qua werk, vrijwilligers werk, in mijn omgeving en in mijn vrije tijd, omdat ik dat fijn vind.

Toen ik in de puberteit kwam had ik vriendinnen en vrienden die hun kamer vol hingen met hun ´idool´, beroemdheden van wie ze helemaal weg waren. Daar knipte ze plaatjes van uit of ze spaarden om eens naar een concert te gaan. Ze spraken over hen, soms in vrij extreme mate, waarom deze persoon zo fantastisch was en wat ze over zouden hebben om met hem/haar in contact te komen. Veel had te maken met hun stem en voornamelijk uiterlijk. Ik snapte dit nooit zo, want hoewel ik heus mijn voorkeur had voor bepaalde muziek en mooie mensen, en ook posters had hangen (wel van vele verschillende mensen overigens), was mijn grootste idool mijn oma. Zij had écht iets gedaan om eea te veranderen, over haar kende ik talloze verhalen uit eerste hand. Hoewel ik voor veel mensen en prestaties bewondering heb en van velen geleerd heb, is mijn oma nog steeds mijn idool. Ik koos een studie die niet voor baanzekerheid zou staan, maar wel voor een vak waarin ik zowel mijn creativiteit als de psychologische kant die me zo boeide zou terug zien. Ik was 13 toen ik dat wist.

In het eerste jaar van de opleiding moest ik een stukje schrijven over welke psychologische stroming of theorie het meest bij mij paste en ik waarschijnlijk zou gaan aanhangen als therapeute. Het moest minimaal 1 A4 lang zijn. Mijn stuk werk bijna 10 pagina´s lang en zette uiteen waarom ik niet wilde kiezen omdat ik niet geloofde in 1 theorie of persoon, en vervolgens legde ik van allerlei verschillende stromingen uit wat me aansprak en wat niet, en wat ik dus zou gaan gebruiken of niet en waarom. Met de notitie dat dit niet de bedoeling was van de opdracht kreeg ik een mooi cijfer omdat ik wél had laten zien kennis van en inzicht in de stromingen te hebben en te kunnen bedenken wat bij mij als therapeute en persoon zou passen. Nog steeds geloof ik niet in een stroming of theorie, maar in een persoonlijke selectie van alles wat je geleerd en gelezen hebt door de jaren heen, gecombineerd met je ervaring, juist dat maakt me een beter therapeute.

Toen ik halverwege mijn studie vrij duidelijk zag dat mensen met mijn opleiding in veel gevallen niet als Vaktherapeut aan het werk kwamen, begon ik vanaf dat moment mijn eerste eigen cliënten te begeleiden en na mijn studie te behandelen. Zo ontstond zonder er bewust bij stil te staan, mijn eigen praktijk, en die bestaat nog steeds, al is de doelgroep verschoven.

Toen ik op een dag gevraagd werd op de afdeling waar ik werkte co-therapeut te worden in een (groeps)module over grenzen, ging ik al vrij snel eigen materiaal ontwikkelen en veranderde de groep in overleg met het management en mijn co-therapeut in een doorlopende groep, waarin de oefeningen niet standaard vastlagen. Ik geloofde niet, dat al die heel verschillende mensen die hier hulp bij nodig hadden, exact dezelfde opdrachten en vooral tijd nodig hadden om veranderingen in hun leven te kunnen aanbrengen. Nog altijd is grenzen een van mijn speerpunten, omdat ik het overal terug zie komen, en pas ik opdrachten aan, aan de gene met wie ik werk. Ook de online training die ik hierover maakte geeft vooral veel om over na te denken, en geen pasklare oplossingen, maar spreekt daardoor wel veel mensen aan.

Toen ik moeder werd begreep ik niets van het eenzijdige aanbod rondom zwangerschap en geboorte, te veel gericht op de bevalling, te weinig realistisch en allerminst voorbereidend op alle dingen die er als ouder op je af komen. De grootste verandering in je leven voor velen en nauwelijks enige voorbereiding daarop! Daarom begon ik langzaamaan met Ikverwacht. Ook vond ik de doorsnee foto’s te soft en geposeerd, niet écht genoeg. Daarom ging ik weer meer fotograferen en nu ook in opdracht.

Toen ik me meer ging verdiepen in marketing kwam telkens terug me ‘op één ding te richten’. Maar ik wilde dat niet, want ik vond meer leuk en belangrijk. Mijn doel is niet behaald met één ding. Ik geloof niet in het altijd weten, of standaarden die niet meebuigen met mensen. Ik geloof in contact en je eigen weg zoeken. Dus bleef en blijf ik (veel) verschillende dingen doen. En ja dat vraagt soms veel en is druk maar dat houdt het ook afwisselend en boeiend. En ik geloof dat mijn klanten mij waarderen om mijn creativiteit en open opvattingen.

Het zal wel niet verbazend zijn dat ik ook in de opvoeding van mijn eigen kinderen vooral veel gelezen heb en me verdiept heb in van alles en welke elementen mij wel en niet aanspreken. Dat ik elke dag met hen samen kijk wat past en zoek naar een alternatief als dat niet het geval is. En ik pretendeer niet dat het altijd lukt of gaat zoals ik zelf verwacht op hoop. Want ik was nooit eerder hun moeder en zij nooit eerder mijn kind.

Eigenlijk ga ik dus op die manier in veel gevallen niet de ‘gewone’ weg maar wel mijn (of onze) weg, met inspiratie vanuit andere mensen en ideeën natuurlijk. Dat wordt me niet altijd in dank afgenomen, maar voor mij is het belangrijk te kunnen staan voor en achter wat ik doe en vind. Nog steeds vind ik het dagelijks belangrijk te kijken wie er nu precies voor me zit en wat nou juist aansluit bij deze persoon. Natuurlijk zijn er overeenkomsten tussen verschillende mensen met wie ik werk, maar er zijn óók zo veel verschillen. Of ik dan praat, luister, beeldend werk/opdrachten geef, fotografeer of wat dan ook, dat ligt er dus maar net aan. Dat persoonlijke vind ik het mooie en belangrijke van mijn vak, maar ook daarbuiten. Want net zo zeer als ik anders ben, zijn anderen dat ook, ben ik toch hetzelfde 😉